In de klas heb ik de afgelopen week het boek: “Flo, de liegende vlieg” van Max Lucado voorgelezen. Het boek gaat over een vlieg die bijna altijd liegt. Soms gaat het per ongeluk, dan heeft ze al gelogen voordat ze het in de gaten heeft. Soms liegt ze om leuker gevonden te worden en soms liegt ze om te voorkomen dat een ander boos op haar wordt. Hoewel ze soms dus niet bewust liegt, maakt het de dieren om haar heen wel erg boos. Ze vertrouwen haar niet meer en willen niets meer met haar te maken hebben. Maar dan gebeurt er een keer echt iets ergs… zullen ze haar nog geloven?
We hebben in de klas gesproken over dit verhaal. Over wat we herkennen (dat we allemaal wel eens jokken, ook de juf) over de redenen van jokken, over wat we moeten doen wanneer we gejokt hebben en over de consequenties van jokken. Hieronder schrijven een aantal kinderen ook nog wat over het boek.
Juf Agnes
Het boek ging over Flo, die loog elke keer. Toen geloofde niemand haar meer. De zangers heten de Bietors en de namen zijn Zingo, Pingo, Lingo en Bingo. De zangers werden ontvoerd door een libelle, die hun grootste fan was. Maar doordat Flo altijd loog, geloof niemand haar.
Andrea Biemans en Eva Krijnen
Je gaat van dit boek minder liegen en je leert ervan. Het is een grappig verhaal. Er zit een vlieg in en die zit tegen iedereen te liegen. Als je tegen iemand liegt, dan moet je dat eerlijk toegeven en zorgen dat je niet te veel gaat liegen.
Kian van Boheemen en Jelle den Hartog